Het Hof van Justitie oordeelt in een recente uitspraak dat betaalde btw bij de intracommunautaire verwerving van een kunstvoorwerp tot de winstmarge behoort. Het Hof deed deze uitspraak in een casus van een kunsthandelaar, die kunst koopt van makers uit andere EU-lidstaten en hierover de margeregeling toepast.
In deze situatie is sprake van intracommunautaire verwervingen, waarin de kunsthandelaar de btw afdraagt die over deze aankopen verschuldigd is.
De kunsthandelaar past de margeregeling toe, en draagt geen btw af over de omzet maar over de winstmarge. Dit is het verschil tussen de in- en verkoopprijs. Nu de margeregeling wordt toegepast, mag de kunsthandelaar de betaalde btw niet terugvragen. De vraag die in de casus naar voren kwam, is of de betaalde btw over de intracommunautaire verwerving moet worden opgeteld bij de inkoopprijs, of onderdeel wordt van de winstmarge.
Winstmarge
In de uitspraak van 13 juli 2023 oordeelt het Hof van Justitie dat de betaalde btw niét wordt opgeteld bij de inkoopprijs, maar tot de winstmarge gerekend moet worden. Over deze winstmarge, inclusief de bij de verwerving betaalde btw, moet de kunsthandelaar vervolgens btw afdragen. De volledige uitspraak van het Hof kunt u nalezen in het Mensing II C–180/22 uitspraak.
Na 2023-08-22 07:00:53 zijn er geen wijzigingen meer aangebracht in dit bericht ( Btw bij intracommunautaire verwerving van kunstvoorwerp ). Derhalve zijn ook wijzigingen in regelgeving en/of eventuele ontwikkelingen in de rechtspraak van latere datum, niet verwerkt.