Hof laat te laat ingediend “tiendagenstuk” inspecteur niet buiten beschouwing

Het hof laat het te laat ingediende “tiendagenstuk” van de inspecteur niet buiten beschouwing omdat de goede procesorde zich hiertegen niet verzet. 

De heer B ging in hoger beroep in zijn IB-procedure. Op grond van art. 8:58 Awb kunnen partijen tot 10 dagen voor de zitting nadere stukken indienen. De inspecteur diende een door hem genoemd “tiendagenstuk” in. Het stuk van de inspecteur is echter 1 dag te laat ingediend. Volgens B is dit stuk daarom tardief.

Het hof overweegt dat art. 8:58, lid 1, Awb beoogt een behoorlijk verloop van de procedure te waarborgen. Hieruit volgt dat de rechter – binnen het kader van een goede procesorde – de mogelijkheid heeft te laat ingediende stukken al dan niet in de procedure toe te laten. Daarbij zal een afweging moeten plaatsvinden van enerzijds het belang dat die partij heeft bij het overleggen van die stukken en de redenen waarom hij dit niet in een eerdere fase van de procedure voor de feitenrechter heeft gedaan, en anderzijds het algemeen belang van een doelmatige procesgang (HR 10 april 2009, ECLI:NL:HR:2009:BI0562). In het nadere stuk van de inspecteur herstelt hij een in zijn ogen onjuist standpunt en overlegt hij nadere bewijsstukken. Alhoewel het nader stuk van de inspecteur één dag te laat is ontvangen, zal dit door het hof niet buiten beschouwing worden gelaten. In het licht van het feit dat het stuk direct door het hof aan B is toegezonden en dat hij zich ook over de inhoud van het nadere stuk heeft uitgelaten en de inspecteur er belang bij heeft een in zijn ogen onjuist standpunt te corrigeren, is het hof van oordeel dat de goede procesorde zich er niet tegen verzet dat het nader stuk in de beschouwing van het hof wordt betrokken. Hierbij gaat het hof ervan uit dat de inspecteur onmiddellijk nadat hij zich ervan bewust was dat hij eerder een onjuist standpunt had ingenomen het nader stuk heeft ingediend. Dat B er voor heeft gekozen niet ter zitting aanwezig te zijn, doet aan dit oordeel niet af.

Hof Den Bosch, 23 oktober 2015, ECLI:NL:GHSHE:2015:4251