Informatiebeschikking terecht gegeven; geen sprake van ‘fishing expedition’

Het hof komt tot de conclusie dat de inspecteur terecht een informatiebeschikking heeft gegeven. Belanghebbende verstrekte geen informatie over een bankrekening waarvan hij als rekeninghouder was geïdentificeerd. De inspecteur heeft aan A voor de IB-heffing over 2008 t/m 2010 een informatiebeschikking gegeven. Hij heeft A aan de hand van renseignementen en informatie van een tipgever geïdentificeerd als rekeninghouder van banktegoeden die A niet in zijn aangiftes had opgegeven. A reageerde niet op vragen van de inspecteur. In bezwaar tegen de informatiebeschikking ontkent hij houder te zijn (geweest) van de bankrekening. A stelt dat de inspecteur de informatiebeschikking niet mocht geven. De inspecteur moet volgens hem rekening houden met het tijdsverloop dat is verstreken vanaf de datum van het renseignement en de jaren waarover informatie wordt opgevraagd. Elk belastingjaar staat op zich en door het tijdsverloop neemt de kracht van het bewijs van het renseignement af voor de latere belastingjaren.

Informatiebeschikking

Tussen partijen is in geschil of de inspecteur de informatiebeschikking terecht heeft gegeven.

Volgens het hof kon de inspecteur zich in redelijkheid op het standpunt stellen dat de gevraagde informatie voor de belastingheffing over 2008 t/m 2010 van belang kon zijn. Die informatie kon helderheid geven over de vraag of A in die jaren over het niet door hem aangegeven vermogen beschikte (vergelijk HR 18 april 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF7498). Bepalend is niet of de inspecteur aannemelijk heeft gemaakt dat A de rekening had in de jaren waarover de informatie wordt gevraagd dan wel dat het saldo op die rekening niet is afgenomen. Gelet op de omvang van het saldo in één van de voorafgaande jaren, kan de gevraagde informatie ten aanzien van het verloop van die rekening van belang zijn voor de belastingheffing voor de jaren waarvoor de informatiebeschikking is gegeven. De inspecteur heeft aannemelijk gemaakt dat A de gegevens en inlichtingen daadwerkelijk kan verstrekken, omdat de inspecteur hem terecht als rekeninghouder heeft geïdentificeerd. Daarom is geen sprake van een ‘fishing expedition’ als bedoeld in het arrest van de Hoge Raad van 24 april 2015, ECLI:NL:HR2015:1137. Ten overvloede overweegt het hof dat A geen bewijs heeft bijgebracht van zijn stelling dat hij zich niet tot de bank zou kunnen wenden en in de onmogelijkheid verkeert om informatie te verschaffen.

Hof Arnhem-Leeuwarden, 11 augustus 2015, ECLI:NL:GHARL:2015:5945

Meer weten

Meer weten over de informatiebeschikking? Neem vrijblijvend contact met ons op.