Niet bewaren detailgegevens kassasysteem was niet relevant voor naheffingsaanslag Loonheffing

De Hoge Raad oordeelt dat de omkering en verzwaring van de bewijslast als gevolg van de geconstateerde gebreken in de administratie in dit geval niet relevant was voor de naheffingsaanslag loonheffingen. 

De inspecteur heeft n.a.v. een boekenonderzoek bij Chinees-Indisch restaurant X naheffingsaanslagen LH en boetes opgelegd. Bij controles door de Arbeidsinspectie is gebleken dat in de keuken personen werkzaam waren die niet in de loonadministratie waren opgenomen. Ook constateerde de inspecteur onder meer dat X de ingevoerde detailgegevens van het kassasysteem niet had bewaard. Volgens de inspecteur is daarom sprake van omkering en verzwaring van de bewijslast.

In cassatie bestrijdt de staatssecretaris het oordeel van het hof dat ondanks het niet bewaren van de detailgegevens geen sprake is van een schending van de in art. 52, lid 1, AWR bedoelde verplichtingen.

De Hoge Raad overweegt dat X ingevolge art. 52, lid 1, AWR verplicht is een zodanige administratie te voeren dat daaruit te allen tijde de voor de heffing van belasting van belang zijnde gegevens duidelijk blijken. Gelet op het processuele karakter van het in art. 27e AWR aan schending van die verplichting verbonden gevolg van omkering en verzwaring van de bewijslast kan dit gevolg niet intreden indien de gestelde gebreken niet relevant zijn voor de heffing van de belasting waarover het geschil tussen de belastingplichtige en de inspecteur bestaat. De naheffingsaanslagen LH en boetebeschikkingen vinden hun grond in de bevindingen van de Arbeidsinspectie tijdens de arbeidscontroles. Uit de uitspraak van het hof of de stukken van het geding blijkt niet van feiten en omstandigheden die het hof aanleiding hadden moeten geven te oordelen dat het niet bewaren van de detailgegevens of enig ander gebrek in de administratie relevant is voor de beantwoording van de vraag in hoeverre X loonheffingen is verschuldigd. Het middel kan niet tot cassatie leiden. Wel heeft het hof ten onrechte geoordeeld dat de boete niet in geschil is en ten onrechte de stelling van X onbehandeld gelaten dat geen sprake is van opzet. Zie ook de uitspraak van de Hoge Raad, 26 juni 2015,ECLI:NL:HR:2015:1740

Hoge Raad, 26 juni 2015, ECLI:NL:HR:2015:1736