Omzetting nettoloon in vordering was wel belast

Het hof oordeelde dat het nettoloon dat in rekening-courant werd geboekt toch was genoten en dus belast. De vordering kan niet worden afgewaardeerd. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond. 

B heeft zijn eenmanszaak in 2010 geruisloos ingebracht in BV X. Hij is in loondienst bij X. In 2010 is een bedrag van € 47.558 verloond, onder inhouding en afdracht van € 17.227 loonheffing. Het nettoloon is direct in rekening-courant geboekt. X leed in 2010, 2011 en 2012 verliezen. B stelt dat het nettoloon van X (€ 47.558 minus € 17.227 =) € 30.331 wegens de financiële situatie van X niet is uitbetaald en niet is belast. De inspecteur stelt dat het loon is genoten en dat de vordering een kapitaalverstrekking betreft door B aan X. Als sprake zou zijn van een tbs-vordering dan kan deze niet worden afgewaardeerd omdat X over voldoende liquide middelen beschikte.

In geschil is of B het nettoloon van de BV heeft genoten en of hij de vordering mag afwaarderen.

Het hof gaf B geen gelijk. B heeft zijn loon omgezet in een vordering. Daarmee heeft hij de beschikkingsmacht over het nettoloon gekregen. Het nettoloon is door X aan B ter beschikking gesteld en daarmee genoten als bedoeld in art. 3.146 Wet IB. Hieraan doet niet af dat de waarde van het nettoloon nihil zou zijn omdat het loon is omgezet in een vordering. De inspecteur heeft niet aannemelijk gemaakt dat sprake is van een kapitaalverstrekking. Met name is niet aannemelijk gemaakt dat partijen (van aanvang aan) hebben beoogd dat de vordering niet of niet ten volle zal worden terugbetaald (vgl. HR 25 november 2011, ECLI:NL:HR:2011:BN3442). B maakt volgens het hof echter niet aannemelijk dat de vordering kan worden afgewaardeerd. De Hoge Raad heeft het cassatieberoep ongegrond verklaard (art. 81 Wet RO).

Hoge Raad, 11 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3551