Het hof oordeelde dat geen verlaagd tarief overdrachtsbelasting (2%) van toepassing is voor de onroerende zaak die naar haar aard niet bestemd was voor bewoning. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.
B kocht in 2014 een voormalig schoolgebouw met erf en grond. Het pand was in gebruik geweest als peuterspeelzaal. B verzoekt om toepassing van het 2%-tarief voor woningen.
Het hof is het niet eens met B. De onroerende zaak is niet als woning gebouwd. Ook is de onroerende zaak naar haar aard niet voor bewoning bestemd. B ging in cassatie.
De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep van B zonder nadere motivering ongegrond (art. 81, lid 1, Wet RO).
Hoge Raad, 14 juli 2017, ECLI:NL:HR:2017:1334