Accountantsverklaring :
Struik Accountants voert geen controles uit en geeft geen controleverklaringen en of subsidieverklaringen af.
Pre Audit & Pre Assurance
Bent u verplicht uw jaarrekening te laten controleren, of dient een audit plaats te vinden van een subsidieverantwoording? Struik Accountants bereidt samen met u de controle voor. Struik Accountants voert niet de accountantscontrole uit. Daarbij ervaart u onze balans in online en offline dienstverlening.
Accountantscontrole
We bereiden accountantscontroles voor middels onze pre audit en pre assurance werkzaamheden voor (middel)grote ondernemingen, beleggingsinstellingen en non-profitinstellingen. Een accountantscontrole die niet alleen leidt tot een controleverklaring, maar ook inzichten geeft in uw bedrijfsprocessen, bedrijfsrisico’s en strategie. Onze aanpak staat garant voor een zo efficiënt mogelijke voorbereiding van de controle.
Voor het uitvoeren van wettelijke controles werken wij samen met een accountantsorganisatie die in het bezit is van de benodigde AFM-vergunning. Het voordeel van deze samenwerking is dat de controle wordt afgescheiden van de samenstel- en adviespraktijk en dat de controle kan worden uitgevoerd tegen zeer concurrerende tarieven.
Samenstellingsverklaring
Wanneer een accountant het bestuur van de organisatie (of: de ondernemer) helpt bij het maken van de jaarrekening, geeft hij hierbij een samenstellingsverklaring af. Hierin staat de volgende informatie:
- de inhoud van de opdracht
- de verantwoordelijkheden van het bestuur
- de verantwoordelijkheden van de accountant.
Omdat de accountant het bestuur helpt met het maken van de jaarrekening, gaat hij uit van de informatie die hij ontvangt van het bestuur. De accountant onderzoekt in principe niet of deze informatie correct is.
Soms helpt hij het bestuur bij het maken van schattingen of bij de keuze van passende grondslagen voor financiële verslaggeving. Hij zal hierover altijd overleggen met het bestuur en ervoor zorgen dat het bestuur de gemaakte keuzes begrijpt. Dit om ervoor te zorgen dat het bestuur zijn verantwoordelijkheid voor de jaarrekening kan nemen.
Wanneer de jaarrekening is opgesteld zal de accountant globaal nagaan of het beeld van de jaarrekening aansluit met zijn kennis van de organisatie. Als de accountant denkt dat de informatie van het bestuur niet compleet of onnauwkeurig is, dan zal hij het bestuur om aanvullende informatie vragen. Zo nodig zal hij zelf aanpassingen voorstellen.
Als de accountant de opdracht niet kan afmaken omdat het bestuur geen informatie geeft of weigert om bepaalde aanpassingen te laten maken in de jaarrekening, dan geeft hij de opdracht terug. In dat geval informeert hij ook eventuele toezichthouders, zoals een raad van commissarissen.
Omdat de accountant het bestuur helpt bij het maken van de jaarrekening geeft hij geen oordeel over de jaarrekening. Als de gebruikers van de jaarrekening een oordeel willen, moet een accountant een controle- of beoordelingsopdracht uitvoeren.
Controleverklaring
Bij een controleopdracht controleert de accountant of de jaarrekening die het bestuur heeft opgesteld een goede weergave is van de financiële situatie van de onderneming. In de controleverklaring geeft de accountant zijn mening hierover in de vorm van een oordeel. Dit doet hij voor gebruikers van de jaarrekening zoals aandeelhouders, leveranciers en banken die op basis hiervan beslissingen nemen.
Een jaarrekening moet een getrouw beeld geven van het vermogen en het resultaat van de organisatie. Maar dit betekent niet dat de jaarrekening tot op de laatste euro nauwkeurig hoeft te zijn. De jaarrekening moet wel zo nauwkeurig zijn dat de gemiddelde gebruiker zijn beslissingen hierop kan nemen. In andere woorden er mogen geen materiële afwijkingen in de jaarrekening zitten.
Het doel van de controleopdracht is dat de accountant met een hoge mate van zekerheid zegt dat de jaarrekening geen materiële afwijkingen bevat. De accountant geeft geen absolute zekerheid dat de jaarrekening goed is omdat hij bewust misleid kan worden door een organisatie, de gemaakte schattingen in de jaarrekening vaak subjectief zijn en omdat het economisch niet verantwoord is om alle individuele transacties te onderzoeken. Vandaar dat de accountant spreekt over een hoge mate van zekerheid.
De accountant voert uitgebreide werkzaamheden uit om zijn oordeel te onderbouwen. Zo zal hij bijvoorbeeld:
- nadenken over wat fout kan gaan en op basis hiervan zijn controle inrichten
- inkoop- en verkooptransacties onderzoeken
- een voorraadtelling bijwonen
- een rekeningsaldo laten bevestigen door een afnemer
- cijferanalyses maken
- inlichtingen vragen van mensen in de gecontroleerde organisatie.
Het overgrote deel van de afgegeven controleverklaringen is goedkeurend. Dit komt omdat eventuele materiële afwijkingen die uit de controle blijken al voor het afgeven van de verklaring door de organisatie in overleg met de accountant worden gecorrigeerd.
Het kan ook voorkomen dat er wel materiële afwijkingen in de jaarrekening zitten. Afhankelijk van de ernst van de afwijkingen geeft de accountant een afkeurende verklaring of een verklaring met beperking. Soms heeft de accountant onvoldoende informatie om zijn oordeel over de jaarrekening te onderbouwen. Afhankelijk van de ernst daarvan geeft hij een oordeelonthouding (als de onzekerheid het totale beeld van de jaarrekening beïnvloedt) of een verklaring met beperking (als het gebrek aan informatie op één punt betrekking heeft.
Omdat de accountant een mening geeft in zijn verklaring en gebruikers hierop af moeten kunnen gaan is het belangrijk dat hij onafhankelijk is. Hij moet zich daarom houden aan onafhankelijkheidsregels.
Beoordelingsverklaring
Ook bij een beoordelingsopdracht gaat de accountant na of de jaarrekening een goede weergave is van de financiële situatie van de organisatie. De accountant voert alleen in principe minder werkzaamheden uit. Deze zullen vooral bestaan uit:
- nadenken over wat fout kan gaan en op basis hiervan zijn beoordeling inrichten
- het vragen van inlichtingen van mensen in de organisatie en
- het maken van cijferanalyses.
Omdat minder werkzaamheden worden uitgevoerd door de accountant, zal hij ook minder zekerheid kunnen geven over de jaarrekening. De keuze hiervoor is afhankelijk van de behoefte aan zekerheid bij de gebruikers in verhouding tot de kosten.
Als de accountant denkt dat de jaarrekening een afwijking van materiele belang bevat, dan doet hij nader onderzoek.
In de beoordelingsverklaring stelt de accountant dat ‘niet is gebleken dat de jaarrekening geen getrouw beeld geeft van het vermogen en het resultaat van de onderneming’. Daarmee zegt hij eigenlijk dat de jaarrekening plausibel lijkt.
Net als bij de controleverklaring kan het ook hier voorkomen dat de accountant van mening is dat de jaarrekening fout is of dat hij onvoldoende zekerheid kan verkrijgen over de jaarrekening. Hij brengt dit dan tot uitdrukking in zijn conclusie.
Bron:www.nba.nl